maandag 22 oktober 2007

Wandelen

Volgende week gaan we op vakantie en we willen de rugdrager weer mee nemen. Dus hebben we hem dit weekend gebruikt voor een wandeltochtje door het bos. Met dit herftsachtige weer een goed plan, dachten wij. Aangekomen in het bos was Kay helemaal gelukkig bij het zien van de rugdrager waar hij zo vaak in gezeten had in Italie en Hong Kong. Snel werd hij er door Bendert in gezet en gingen we op pad. Na ongeveer 5 minuten gelopen te hebben kwam Kay erachter dat hij kon staan. De volgende 10 minuten ging hij, onder luide lachsalvo's, op en neer in de rugdrager. De vogeltjes waren inmiddels gevlucht op zodanige hoogte dat ze met het blote oog niet meer zichtbaar waren. Na 10 minuten gesprongen te hebben kwam Kay er achter dat hij het toch best wel saai vond zo dat bos en begon hij aan de haren van Bendert te trekken. Nadat Bendert hem duidelijk had uitgelegd dat dit niet echt prettig was vervolgden we onze weg. Kay was inmiddels een beetje geirriteerd geraakt en begon ' uit, uit' te roepen. Ik probeerde er nog iets van de maken door zijn favoriete liedje ' met de vingertjes, met de vingertjes, met de platte hand etc.' te zingen maar het mocht niet baten. Kay had genoeg van het gehobbel.

We stopten (hadden inmiddels zo'n 20 min. gelopen) en Kay stapte uit. Het eerste wat hij deed was onmiddelijk naar zijn moeder lopen met de handjes in de lucht. Ik pakte hem om en droeg hem een paar stappen, zette hem op de rond en zei tegen hem dat hij toch echt zelf moest proberen te lopen, anders ging hij de rugdrager weer in. Bij het horen van het woord rugdrager begon hij luid te huilen wat ons een aantal verstoorde blikken van toevallig op dat moment langskomende wandelaars bezorgde (geen mens te zien in dat bos, behalve natuurlijk net op dat moment). Gelukkig had ik nog wat ontbijtkoek in mijn tas en gaf hem een stuk koek. Het lukte. De manier om Kay vooruit te krijgen was hem een stuk geven en dan snel naar voren lopen waarna Kay luid roepend naar mij toe kwam lopen. De koek ging op en Bendert nam Kay op zijn schouders. Zo zijn we snel naar huis gegaan. Was hij nog maar klein...